Bijeenkomst Waddenvaren op 20 januari 2018
Datum: 24 januari 2018.
Van de stoomcursus ‘Met je Midget over het Wad’ door de heer Kampherbeek op 19 januari 2018 in Kortenhoef heeft Wim van de Broek een kleine samenvatting gemaakt. U leest hieronder over het verloop van de middag, de opdracht voor een tochtplanning en waar u de uitwerking en presentatie kunt nakijken. Namens alle aanwezigen worden beide heren bedankt voor hun bijdrage.
Corry Broeckman heette ons allemaal welkom en verontschuldigde Dirk omdat die door de griep geveld was. Na mededelingen van verhindering gaf zij het woord aan Jan Kampherbeek die ons meenam in zijn presentatie over de geheimen en het mooie van het varen over de Wadden.
Uit zijn verhaal bleek dat hij zeer ervaren is op de Wadden, maar ook “verder weg” en daar kon hij onderhoudend en gedreven over vertellen. Op zijn vraag wie ervaring heeft met het Wadvaren bleek het merendeel van de leden dat had.
Wadvaren is eigenlijk een optelsom van Wanneer varen en Waar varen. ( W=W+W)
Bij hoog water is het waddengebied één grootte waterplas, waar platbodems, Drascombes en andere ondiep stekende vaartuigen eigenlijk bijna overal kunnen varen. Bij laag water ziet het waddenlandschap er héél anders uit, het merendeel ligt droog en uitsluitend in de (diepere) geulen kan nog gevaren worden. De tijd tussen hoog- en laagwater is het interessantste; kunnen we nog door dat geultje, over dat wantij? Wanneer moeten we dan vertrekken? Waar krijgen wij de stroom mee en hoeveel en waar en wanneer tegen en hoeveel? Dat maakt het Wadvaren boeiend en ingewikkeld.
Jan heeft uitgebreid stil gestaan bij het verschijnsel eb en vloed; waar komt het vandaan en hoe ontwikkeld het zich in de loop van de tijd. Waarom verloopt de getijcurve niet symetrisch, hoe werkt de 1/12 regel. Wat is het LAT ( Lowest Astronomical Tide; de standaard voor Europa die de vroegere LLWS vervangen heeft)op de kaart. Hoe loopt/werkt een prikkenstraat en waar kun je dan het beste varen. Hoe bereken je wanneer je uit een haven moet vertrekken om op tijd over een wantij of zelfs over twee wantijen heen te komen. Ook de windrichting, de windkracht en de duur dat de wind uit dezelfde hoek waait kunnen van invloed zijn op de vaarmogelijkheden. De wadden zijn een dynamisch gebied, in tegenstelling tot bijv. de Oostzee. Dat betekent ook dat je jezelf moet voorzien van de meest recente kaarten en de Berichten aan Zeevarenden in de gaten moet houden; een flinke storm kán gevolgen hebben voor de loop, het (gedeeltelijk) dichtslibben of ondieper worden van geulen. Er kwamen nog veel meer zaken aan bod die het varen boeiend maar ook niet altijd even gemakkelijk maken.
Aan het eind van de presentatie had Jan een opgave die uitgedeeld werd aan de goed gevulde zaal . Het was de bedoeling dat we daaraan in groepjes gingen werken en volgens Jan mochten we ook naar hartenlust elkaar helpen en bij elkaar spieken. In een mailtje tevoren was gevraagd om allemaal de kaart 1811 (westelijke deel Waddenzee) mee te nemen.
De opgave was dat we op 29 juli 2018 van Harlingen naar Terschelling varen, met een boot met een diepgang van 1 meter. De wind is die dag Zuid 3( ik ken geen enkele meteoroloog die zo ver vooruit dit kan voorspellen)
De vraag was: bekijk twee routes (welke is de beste en hoe laat moet je dan weg)
- via het Kimstergat en de Riepel (twee wantijen over)Bepaal het tijvenster voor het Kimstergat en de Riepel, met behulp van de gegevens van RWS , de tabel op de kaart en de 1/12 regel.
- via de blauwe slenk en de West Meep
Bij de opgave waren alle benodigde gegevens om de berekeningen te maken. Het mét elkaar bezig zijn maakte het erg gezellig.
Tegen het einde van de bijeenkomst heeft Jan de uitwerkingen uitgedeeld en nog in een korte presentatie de uitkomsten, de getijvensters, gegeven. Ook de opgave en de uitwerking kan op de website bekeken worden.
Zoals gebruikelijk heeft Corry Jan Kampherbeek bedankt voor zijn onderhoudende presentatie, met een dankwoord en een attentie.
Dat we deze bijeenkomst met Jan gehad hebben kwam doordat een clublid Jan kende en hem voorgedragen heeft. Corry heeft iedereen gevraagd om, als hij of zij ook iemand kent die een (goed) verhaal kan en wil vertellen, die voor te dragen voor een bijeenkomst in Kortenhoef.
Ale Dijkstra had een prachtig halfmodel bij zich van zijn 20 voeter Meridiaan meegenomen naar de bijeenkomst. Hij had het halfmodel voor de presentatie op een ruw-houten plaat gemonteerd, maar thuis hangt het zonder achterplaat direct aan een muur.